Ergens diep in jou leeft een herinnering.
Een herinnering die ouder is dan woorden.
Een herinnering aan liefde die niet gebroken kan worden.
In dat veld ben je vrij, verbonden, gedragen. Maar nog voordat je die vrijheid kon begrijpen, kwam er iets anders in je leven. Je ouders, hoe goed of slecht ze het ook deden, waren mensen met hun eigen littekens. Ze konden niet altijd geven wat je ziel verlangde. Soms waren ze emotioneel afwezig. Soms onvoorspelbaar. Soms streng of juist te behoeftig.
En als kind had je geen keuze.
Je zenuwstelsel, je hart, je hele kleine lijf deed maar één ding: zich aanpassen. Want voor een kind is afwijzing of afwezigheid dodelijk. Zo werd er een oerprogramma in jou geactiveerd: Als ik mezelf klein houd, of braaf, of altijd zorg, dan verlies ik de liefde niet.
Dat programma noemen we hechting.
Hechting is niet de liefde zelf. Het is de noodgreep van een kind om te overleven.
En dat is waar zoveel relaties in de volwassenheid nog steeds op gebouwd zijn: niet op vrijheid, maar op angst.
Waarom dit zo pijnlijk is
Misschien herken je het.
In je huidige of vroegere relaties voel je soms een onverklaarbare drang om vast te houden. Je klampt je vast, niet omdat de relatie zo voedend is, maar omdat de gedachte aan loslaten ondraaglijk lijkt. Of je doet precies het tegenovergestelde: je trekt je terug zodra iemand te dichtbij komt, omdat nabijheid gevaarlijk voelt.
Beide bewegingen, vastklampen of vermijden, komen voort uit dezelfde wortel: de angst van dat kind in jou.
En die angst fluistert:
Als ik mezelf helemaal laat zien, verlies ik de liefde. Als ik niet voldoe, word ik verlaten.
Maar de waarheid is: dat kind werd nooit verlaten door de liefde zelf. Alleen door mensen die beperkt waren in hun vermogen om liefde te belichamen.
De uitnodiging van de ziel
En hier begint de reis. Want jouw ziel gebruikt die pijn niet om jou te straffen, maar om jou wakker te maken.
Elke keer dat jij in je relaties voelt: waarom reageer ik zo heftig, waarom voelt dit zo groot? is er een uitnodiging. Een poort.
Die poort zegt:
“Kom terug. Kom terug naar dat deel in jou dat ooit zo klein was. Kom terug naar dat kind dat dacht dat het liefde moest verdienen. Zie haar. Zie hem. Voel de trilling in je buik, de spanning in je hart, de tranen die opkomen. Hier ligt geen zwakte, hier ligt de weg naar vrijheid.”
Want heling begint nooit bij het forceren van loslaten.
Heling begint bij aanraken. Bij zacht aanwezig blijven bij dat kleine, kwetsbare, pure stuk in jou.
Wat er gebeurt als je dit durft
Wanneer jij je eigen hechtingswortel durft aan te raken, verandert alles. Je relaties worden geen eindeloze herhalingen meer van oude pijn, maar spiegels van groei. Je voelt: Ik bén niet mijn angst. Ik bén niet mijn hechtingspatroon. Ik ben de liefde waar dit kind al die tijd naar verlangde.
En dán ontstaat er ruimte voor echte verbinding. Voor een liefde die niet gebaseerd is op vasthouden of vermijden, maar op vrijheid, waarheid en ziel.
Vandaag gaat het niet om oplossen. Het gaat om herinneren.
Herinneren dat er in jou een kind leeft dat nog steeds gehoord wil worden. En dat jij, als volwassene, nu de ouder mag zijn waar dit kind altijd naar zocht.
Reactie plaatsen
Reacties