Er is een oud geloof dat liefde pas echt is als ze zich laat vastleggen in vorm.
Dat fysieke Union pas ‘waar’ is wanneer twee lichamen elkaar raken, wanneer twee levens samenvallen tot één verhaal. Maar de waarheid is veel ouder dan dat. Liefde is nooit begonnen met twee lichamen. Ze begon met één adem. Eén vonk. Eén trilling die zichzelf in twee deelde, zodat ze zichzelf kon ervaren.
Wanneer mensen mij zeggen:
“Jij bent niet in fysieke Union, dus ik neem je niet serieus,”
dan glimlach ik, niet vanuit afstand, maar vanuit compassie.
Want ik wéét hoe het voelt om te geloven dat Union het bewijs is van liefde.
Ik heb daar zelf ooit in gewoond, in dat verlangen, in die heilige hunkering.
Tot ik begreep dat liefde zelf niets bewijst
Ze is.
De tweelingziel is geen liefdesverhaal.
Ze is een kosmisch mechanisme van ontwaken.
Een veld van frequenties dat je terugroept naar de oorspronkelijke trilling van Eenheid.
Wat mensen ‘ontmoeten’ noemen, is in wezen een herinnering
een trilling die zegt: “Word wakker. Je bent Mij. Jij bént Liefde.”
Daarom is fysieke Union nooit het doel geweest.
Het is hooguit de echo van iets dat al in de ziel heeft plaatsgevonden.
Wanneer twee zielen elkaar raken in het veld van zuiver bewustzijn,
wordt een oud contract geopend:
de belofte om door elkaar heen te ontwaken.
Om al het niet-echte te verbranden.
Om alles wat aan hechting kleeft, terug te brengen tot pure trilling.
Dat proces voelt vaak niet romantisch.
Het is kosmisch chirurgisch werk.
De Ziel haalt alles weg wat ooit als bescherming gediend heeft:
de illusie van controle, de afhankelijkheid, de overtuiging dat liefde iets buiten jou is.
En terwijl dat gebeurt, verliest het menselijke zelf vaak de grip.
Het wil vasthouden, bevestiging, vorm.
Maar de ziel zegt: “Nee, eerst waarheid. Eerst terug naar Bron.”
Daarom geloof ik niet in het plaatje van romantische fysieke Union.
Ik geloof in het Veld.
In de resonantie waarin twee zielen elkaar niet meer zoeken maar herkennen.
Waarin het mannelijke en vrouwelijke niet langer tegenover elkaar staan,
maar dansen als twee sterren die één zon vormen.
Sommige zielen komen samen in fysieke realiteit
maar alleen wanneer beide lichamen dezelfde frequentie kunnen dragen.
Wanneer de dichtheid van het oude niet meer tussen hen in staat.
En dat is zeldzaam, niet omdat het onmogelijk is,
maar omdat de Aarde nog aan het herinneren is hoe lichtheid voelt.
Dus nee, ik ben niet “tegen fysieke Union”.
Ik ben vóór Universele waarheid.
Ik ben vóór liefde die niet hoeft te bewijzen dat ze echt is.
Voor liefde die vrij is, onthecht, ademend, aanwezig.
De liefde die zegt: “Zelfs als ik je nooit meer aanraak, blijf ik jou herkennen in alles.”
Union is geen gebeurtenis, het is een trilling van bewustzijn.
Ze leeft in de ruimte tussen twee harten die niets meer willen,
alleen nog Zijn.
En wie die trilling eenmaal heeft gevoeld,
zal nooit meer genoegen nemen met iets dat minder echt is.
Want liefde zonder hechting
is geen gemis
het is herinnering.
Het is de terugkeer van de Ziel in haar oorspronkelijke glans.
En dáár, in dat veld van stille volheid,
komt alles wat werkelijk bij elkaar hoort
vanzelf weer samen
in wat-voor-vorm dan ook.
Reactie plaatsen
Reacties